Kassa's instellen

U kunt, indien gewenst, verschillende kassa’s definiëren. Bij het openen van een administratie voert de medewerker die de kassa gebruikt dan niet alleen zijn of haar gebruikersnaam en wachtwoord in, maar selecteert tevens de kassa waarop de verkopen worden ingevoerd (zie stap 6 van de procedure Een administratie maken en openen). Zo kan er op verschillende computers worden ingelogd met verschillende kassa's waardoor u, middels het kassarapport, inzicht krijgt in de verkopen per kassapunt in uw winkel(s). U gaat als volgt te werk om kassa’s te definiëren:

 

1. Klik in het hoofdvenster op de tab Basisgegevens en selecteer in de groep Kassa de optie Kassa's. Het detailvenster Kassa's wordt geopend met daarin de reeds voorgedefinieerde Kassa 1.

 

2. Klik, om de naam van Kassa 1 te wijzigen, in het veld Omschrijving, verwijder de naam Kassa 1 en typ een nieuwe naam in.
 

3. Klik, om een nieuwe kassa toe te voegen, op de knop Nieuw (Nieuw) in de werkbalk of selecteer in het menu achtereenvolgens Bestand -> Nieuw (Ctrl + N).

 

4. Typ een naam voor de nieuwe kassa in het veld Omschrijving.

 

5. Herhaal de stappen 3 en 4 om nog een kassa toe te voegen of klik op de knop Sluiten om het venster Kassa's te sluiten.

 

Wanneer u de administratie opent is in het venster Inloggen standaard de laatste op deze computer gebruikte kassa geselecteerd. Indien gewenst kan in dit venster een andere kassa worden geselecteerd.